Overgangsnormen klas 1
Bij alle normen geldt: wanneer sprake is van een gemiddeld cijfer, wordt dat berekend op basis van de cijfers met één decimaal.
Wanneer er wordt gekeken naar het aantal tekorten, gaan we uit van afgeronde cijfers. Een tekort is een afgerond cijfer dat lager is dan een 6. Een 5 is één tekort, een 4 twee, enz.
Van klas 1KB naar klas 2KB
A-vakken: Nederlands, Engels, wiskunde, mens & maatschappij, biologie, natuur& techniek theoretisch. B-vakken: Loopbaanoriëntatie, lichamelijke oefening, beeldende vorming, muziek, verzorging, natuur & techniek praktijk.
Het gemiddelde cijfer wordt berekend door de cijfers van de A-vakken op te tellen bij het gemiddelde van B-vakken en dat dan te delen door 7.
|
Over naar klas 2KB |
Over naar klas 2KB |
Recht om op te stromen naar 2MK |
Aantal tekorten |
gemiddeld 6,0 of lager |
gemiddeld 6,1 of hoger |
gemiddeld 8,0 of hoger |
0 |
+ |
+ |
+ |
1 |
+ |
+ |
B |
2 |
B |
+ |
- |
3 |
B |
B |
- |
4 of meer |
B |
B |
- |
Van klas 1MK naar 2MK
A-vakken: Nederlands, Engels, wiskunde, aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, natuur& techniek theoretisch. B-vakken: Lichamelijke oefening, beeldende vorming, muziek, natuur & techniek praktijk.
Het gemiddelde cijfer wordt berekend door de cijfers van de A-vakken op te tellen bij het gemiddelde van B-vakken en dat dan te delen door 8.
|
Over naar klas 2MK |
Over naar klas 2MK |
Recht om op te stromen naar 2HM |
Aantal tekorten |
gemiddeld 6,0 of lager |
gemiddeld 6,1 of hoger |
gemiddeld 8,0 of hoger |
0 |
+ |
+ |
+ |
1 |
+ |
+ |
B |
2 |
B |
+ |
- |
3 |
B |
B |
- |
4 of meer |
- |
- |
- |
Leerlingen die 4 of meer tekorten hebben, kunnen gericht bevorderd worden naar 2KB.
Van klas 1HM naar 2HM
A-vakken: Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, natuur& techniek theoretisch. B-vakken: Lichamelijke oefening, beeldende vorming, muziek, natuur & techniek praktijk.
Het gemiddelde cijfer wordt berekend door de cijfers van de A-vakken op te tellen bij het gemiddelde van B-vakken en dat dan te delen door 9.
|
Over naar klas 2HM |
Over naar klas 2HM |
Recht om op te stromen naar 2AH |
Aantal tekorten |
gemiddeld 6,0 of lager |
gemiddeld 6,1 of hoger |
gemiddeld 8,0 of hoger |
0 |
+ |
+ |
+ |
1 |
+ |
+ |
B |
2 |
B |
+ |
- |
3 |
B |
B |
- |
4 of meer |
- |
- |
- |
Leerlingen die 4 of meer tekorten hebben, kunnen gericht bevorderd worden naar 2MK.
Van klas 1AH(t) naar 2AH(t)
A-vakken: Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, natuur& techniek theoretisch. B-vakken: Lichamelijke oefening, beeldende vorming, muziek, natuur & techniek praktijk, Engels native.
Het gemiddelde cijfer wordt berekend door de cijfers van de A-vakken op te tellen bij het gemiddelde van B-vakken en dat dan te delen door 9.
|
Over naar klas 2AH(t) |
Over naar klas 2AH(t) |
Aantal tekorten |
gemiddeld 6,0 of lager |
gemiddeld 6,1 of hoger |
0 |
+ |
+ |
1 |
+ |
+ |
2 |
B |
+ |
3 |
B |
B |
4 of meer |
- |
- |
Leerlingen die 4 of meer tekorten hebben, kunnen gericht bevorderd worden naar 2HM.
Overgangsnormen tweede klas
Bij alle normen geldt: wanneer sprake is van een gemiddeld cijfer, wordt dat berekend op basis van de cijfers met één decimaal.
Wanneer er wordt gekeken naar het aantal tekorten, gaan we uit van afgeronde cijfers. Een tekort is een afgerond cijfer dat lager is dan een 6. Een 5 is één tekort, een 4 twee, enz.
Van 2KB naar 3B of 3K
A-vakken: Nederlands, Engels, wiskunde, mens & maatschappij, biologie, natuur& techniek theoretisch.
B-vakken: lichamelijke oefening, beeldende vorming, muziek, verzorging, natuur & techniek praktijk.
Het gemiddelde cijfer wordt berekend door de cijfers van de A-vakken op te tellen bij het gemiddelde van B-vakken en dat dan te delen door 7.
|
Over naar 3B |
Over naar 3B |
Over naar 3K |
Aantal tekorten |
gemiddeld 6,0 of lager |
gemiddeld 6,1 -6,9 |
gemiddeld 7,0 of hoger |
0 |
+ |
+ |
+ |
1 |
+ |
+ |
+ |
2* |
+ |
+ |
B |
3* |
B |
+ |
B |
4 of meer |
B |
B |
- |
* Een leerling mag in de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde maximaal één tekort hebben. Een leerling met twee of meer tekorten in de kernvakken kan hoogstens een bespreekgeval zijn.
Alleen op basis van het besluit van de overgangsvergadering kan een leerling bevorderd worden naar 3M.
Een leerling die het vereiste gemiddelde niet haalt kan hoogstens een bespreekgeval zijn.
Van 2MK naar 3K of 3M
Voor leerlingen die overgaan naar 3K geldt:
A-vakken: Nederlands, Engels, wiskunde, biologie, economie en natuur& techniek theoretisch. De vakken Duits, aardrijkskunde en geschiedenis worden niet in klas 3 aangeboden. Van deze afvallende vakken wordt gemiddelde cijfer meegeteld als één A-vak.
B-vakken: Lichamelijke oefening, beeldende vorming, muziek, natuur & techniek praktijk.
Het gemiddelde cijfer wordt berekend door de cijfers van de A-vakken op te tellen bij het gemiddelde van B-vakken en dat dan te delen door 8.
Voor de leerlingen die overgaan naar 3M geldt:
A-vakken zijn: Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, Duits, aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, economie en natuur & techniek theoretisch.
Voor de overgang tellen in eerste instantie de vakken die de leerling ook in 3M volgt. Dat zijn altijd Nederlands, Engels en wiskunde. De overige vakken zijn afhankelijk van de profiel- en vakkenpakketkeuze van de leerling. Van de afvallende A-vakken wordt het gemiddelde berekend. Dit gemiddelde telt als één A-vak.
B-vakken zijn: lichamelijke oefening, muziek, beeldende vorming en natuur & techniek praktijk.
Het gemiddelde wordt berekend door de cijfers van de A-vakken op te tellen bij het gemiddelde van de B-vakken. Het getal waardoor gedeeld wordt is afhankelijk van het aantal afvallende A-vakken.
|
Over naar 3K |
Over naar 3M |
Aantal tekorten |
gemiddeld 6,0 of hoger |
gemiddeld 7,0 of hoger |
0 |
+ |
+ |
1 |
+ |
+ |
2* |
B |
B |
3* |
B |
- |
4 of meer |
- |
- |
* Een leerling mag in de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde maximaal één tekort hebben. Een leerling met twee of meer tekorten in de kernvakken kan hoogstens een bespreekgeval zijn. Een leerling die het vereiste gemiddelde niet haalt kan hoogstens een bespreekgeval zijn.
Alleen op basis van een besluit van de overgangsvergadering kan een leerling bevorderd worden naar 3H.
Een leerling die niet bevorderd is kan gericht bevorderd worden naar 3B.
Van 2HM naar 3M of 3H
Voor de leerlingen die overgaan naar 3M geldt:
A-vakken zijn: Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, Duits, aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, economie en natuur & techniek theoretisch.
Voor de overgang tellen in eerste instantie de vakken die de leerling ook in 3M volgt. Dat zijn altijd Nederlands, Engels en wiskunde. De overige vakken zijn afhankelijk van de profiel- en vakkenpakketkeuze van de leerling. Van de afvallende A-vakken wordt het gemiddelde berekend. Dit gemiddelde telt als één A-vak.
B-vakken zijn: lichamelijke oefening, muziek, beeldende vorming en natuur & techniek praktijk.
Het gemiddelde wordt berekend door de cijfers van de A-vakken op te tellen bij het gemiddelde van de B-vakken. Het getal waardoor gedeeld wordt is afhankelijk van het aantal afvallende A-vakken.
Voor de leerlingen die naar 3H gaan geldt:
A-vakken: Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, Duits, aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, economie, natuur& techniek theoretisch.
B-vakken: Lichamelijke oefening, beeldende vorming, muziek, natuur & techniek praktijk.
Het gemiddelde cijfer wordt berekend door de cijfers van de A-vakken op te tellen bij het gemiddelde van B-vakken en dat dan te delen door 11.
|
Over naar 3M |
Over naar 3H |
Aantal tekorten |
gemiddeld 6,0 of hoger |
gemiddeld 7,0 of hoger |
0 |
+ |
+ |
1 |
+ |
+ |
2* |
B |
B |
3 |
B |
- |
4 of meer |
- |
- |
* Een leerling mag in de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde maximaal één tekort hebben. Een leerling met twee of meer tekorten in de kernvakken kan hoogstens een bespreekgeval zijn. Een leerling die het vereiste gemiddelde niet haalt kan hoogstens een bespreekgeval zijn.
Alleen op basis van een besluit van de overgangsvergadering kan een leerling bevorderd worden naar 3A.
Een leerling die niet bevorderd is, kan gericht bevorderd worden naar 3K.
Van 2AH(t) naar 3A(t) of 3H
A-vakken: Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, Duits, aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, natuur& techniek theoretisch. B-vakken: Lichamelijke oefening, beeldende vorming, muziek, natuur & techniek praktijk.
Het gemiddelde cijfer wordt berekend door de cijfers van de A-vakken op te tellen bij het gemiddelde van B-vakken en dat dan te delen door 10.
|
Over naar 3H |
Over naar 3A(t) |
Aantal tekorten |
gemiddeld 6,0 of hoger |
gemiddeld 7,0 of hoger |
0 |
+ |
+ |
1 |
+ |
+ |
2* |
+ |
B |
3 |
B |
- |
4 of meer |
- |
- |
* Een leerling mag in de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde maximaal één tekort hebben. Een leerling met twee of meer tekorten in de kernvakken kan hoogstens een bespreekgeval zijn. Een leerling die het vereiste gemiddelde niet haalt kan hoogstens een bespreekgeval zijn.
Een leerling die niet bevorderd is, kan gericht bevorderd worden naar 3M.
Een leerling uit 2AHt die bevorderd wordt naar 3At dient voor Engels een 6,0 of hoger te hebben. Als niet aan die voorwaarde is voldaan, kan een leerling alleen worden bevorderd naar 3A.
Leerlingprestaties door de jaren heen in beeld brengen
Wat we nu in Magister vastleggen zijn de resultaten van de leerling, de aantekeningen die in het Logboek worden gemaakt en de zakelijke gegevens als verzuim, te laat, boeken/huiswerk vergeten e.d.
In het startdocument van de leerlingen is de woonsituatie vastgelegd, staan toetsgegevens van de basisschool, de analyse van bevorderende en belemmerende factoren en vaak vandaaruit de onderwijsbehoefte van de leerling.
Wat brengen we in kaart:
- De school verzamelt vanaf binnenkomst systematisch informatie over de kennis en vaardigheden van haar leerlingen. De school vergelijkt deze informatie met de verwachte ontwikkeling. Deze informatie en vergelijking maken het mogelijk om het onderwijs af te stemmen op de onderwijsbehoeften van zowel groepen als individuele leerlingen.
- Wanneer leerlingen niet genoeg lijken te profiteren van het onderwijs, analyseert de school waar de ontwikkeling stagneert en wat mogelijke verklaringen hiervoor zijn. Vervolgens bepaalt zij wat er moet gebeuren om eventuele achterstanden bij leerlingen te verhelpen.